Al twee jaar geleden vroeg de LPF naar de toegenomen criminaliteit, met name inbraken, in de Herenstraat in Wateringen en naar de stand van cameratoezicht. Het college antwoordde toen dat ondernemers aan hun buitengevel camera’s mogen plaatsen, onder de voorwaarden dat deze camera’s slechts in zeer beperkte mate de openbare ruimte filmen, ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer van voorbijgangers en dat die camera’s van goede kwaliteit moeten zijn, zodat de politie de beelden kan inzetten voor de opsporing van verdachten. Uitbreiding van gemeentelijk cameratoezicht zou op dat moment niet opportuun en buitenproportioneel zijn.
Ook de VVD hecht aan de privacy van onze burgers, maar we zijn nu twee jaar en een bestuursakkoord verder, terwijl de situatie verergert. In het bestuursakkoord worden extra financiële middelen beschikbaar gesteld voor cameratoezicht in het openbaar gebied, bedoeld voor het gezamenlijk – gemeente en winkeliers – treffen van doelmatige maatregelen om risico’s op inbraak zo veel mogelijk te verkleinen.
De recente gebeurtenissen leiden tot de volgende rondvraag:
- Op welke gronden kan worden volgehouden dat de mate van criminaliteit niet van dien aard is dat investering in camera’s lonend is?
- Zal de burgemeester zich inspannen om met de winkeliers en met name opticien Linneweever - die deze investeringen al lang heeft gemaakt, ten gunste van politieonderzoek nota bene – om op zeer korte termijn tot een gezamenlijk gedragen oplossing te komen?
Namens de fractie van VVD Westland,
Elly van der Wilk