Kustpact; hoe alles veranderde en toch hetzelfde bleef

Eind 2015 stuurde de minister een voorstel naar de Tweede Kamer waarin de regels rond het bouwen langs de kust werden verruimd. Zij vond dat de gemeenten samen met de waterschappen en de provincies dat zelf wel konden regelen. 

Daarmee legde zij de bevoegdheid neer waar deze hoort: bij de gemeenteraad en daarmee bij de inwoners van het gebied. Die zijn heel goed in staat te beslissen over hun woonomgeving. Dat is een algemeen aanvaarde maatschappelijke ontwikkeling die ook in nieuwe wetgeving terugkomt. 

Niet iedereen was echter van mening dat die bevoegdheid aan de gemeenteraad kon worden toevertrouwd. Want door het besluit van de minister zou een regelloze vrijheid ontstaan. Die vrijheid zou misbruikt worden en leiden tot het volbouwen van de kust door projectontwikkelaars. 

Natuurbeschermingsorganisaties vroegen de Tweede kamer om dat onheil af te wenden. De Tweede Kamer stelde vragen en nam moties aan. De uitkomst was dat de minister met alle betrokkenen een overeenkomst zou sluiten over hoe om te gaan met de kust: het Kustpact.

En dat was een wijs besluit. Het Kustpact werd op 21 februari jl. ondertekend. Met het Kustpact blijft de bevoegdheid om iets te doen of te laten op ruimtelijk gebied bij de gemeenteraad. Inwoners van Westland zijn heel goed in staat om vertegenwoordigers te kiezen die in de gemeenteraad de juiste beslissingen nemen. Nog steeds zoals Thorbecke dat heeft geregeld in de gemeentewet van 1851. Daar was en is geen Kustpact voor nodig. 


Peter Ouwendijk

Wethouder gemeente Westland